De anatomie van de spierstructuur van een leeuw

Schrijver: Mike Robinson
Datum Van Creatie: 10 September 2021
Updatedatum: 12 November 2024
Anonim
Inside LION’S BODY - Big Cats..Nature Documentary.
Video: Inside LION’S BODY - Big Cats..Nature Documentary.

Inhoud

Als je een leeuw ziet bewegen en jagen, wordt de anatomie van het lichaam van een roofdier onthuld, gemaakt voor snelheid en snelheid. Leeuwen, die tot de Panthera-familie behoren, bewegen extreem snel, voor dieren met een gewicht van ongeveer 190 kg. De gespierde structuur van je nek en kaak geeft je de kracht om prooien te domineren en te doden. De leeuwin jaagt vanwege haar anatomie en superieure spierstructuur.

Slank lichaam

De anatomische structuur van de leeuw, de grootste van alle katten, zorgt voor een mager dier met weinig lichaamsvet. Leeuwen zijn praktisch gewoon spieren, waardoor ze snel en met hoge snelheden kunnen bewegen. Leeuwen bedriegen met hun bewegingen - of het gebrek daaraan. Ze slapen meer dan 20 uur per dag en zijn erg lui als ze wakker zijn zonder te bewegen. Het maakt allemaal deel uit van het proces om die lange, gespierde benen te laten rusten voor werk.


Masseter spier

Een leeuw gebruikt een combinatie van spieren bij het jagen en doden. Een van deze spieren is de kauwspieren, die is verbonden met de onderkaak. Het is de spier die leeuwen gebruiken als ze een prooi grijpen. De kauwgom geeft je de kracht om te grijpen en te pletten en de kracht van je tanden om je volgende maaltijd te beschermen. Deze spier staat centraal in de structuur van de kaak en maakt de leeuw een geweldige jager.

Spieren van de nek

Na het gebruik van de kauwspier om zijn prooi vast te pakken en vast te houden, gebruikt de leeuw minstens zeven spieren in de nek. Deze spieren werken samen zodat de leeuw zijn slachtoffer kan vasthouden, slepen, schudden en domineren. In combinatie met de beenspieren, die het slachtoffer helpen vasthouden, geven de nekspieren een krachtige kracht.

Leeuwinnen als jagers

De anatomie van vrouwelijke leeuwen maakt ze betere jachtmogelijkheden. Het is lichter, sneller en wendbaarder dan het mannetje. Alleen het mannetje heeft de manenmarkering, wat nadelig is wanneer vermomming belangrijk is. Leeuwinnen gebruiken hun uitstekende gehoor, zicht en geur om prooien te identificeren. Door de gespierde structuur van hun poten kunnen ze zonder geluid door de struik bewegen. Al deze anatomische kenmerken stellen het vrouwtje in staat haar prooi te identificeren, zich met succes te verbergen en te bewegen zonder opgemerkt te worden.