Inhoud
De cyclische consumentensectoren maken deel uit van de aandelenmarkt. Deze sector omvat consumptiegoederen die worden beschouwd als incidentele aankopen en omvat geen voedsel, kleding, brandstof of enige andere aankoop die nodig is om te overleven. Deze sector staat ook wel bekend als de consument cyclisch. Consumptiegoederen verwijzen naar de voorraad van retailers, zoals winkels in het winkelcentrum, die deze consumptiegoederen verkopen, evenals hun importeurs en fabrikanten.
Indicator
Consumentencycli geven informatie over de algemene gezondheid van de economie. Als consumenten minder geld te besteden hebben, zullen ze de aanschaf van deze items verlagen voordat ze op andere uitgaven besparen, zoals elektriciteit en voedsel. Als de verkoop van cyclische consumentenproducten tijdens een recessie toeneemt, is dat een teken dat er binnenkort een einde komt aan de recessie.
Auto's
Een van de belangrijkste componenten van consumentencycli zijn auto's. De definitie is zowel van toepassing op autodealers en autofabrikanten als op aanverwante producten, zoals banden. Hoewel consumenten de neiging hebben om een auto te gebruiken om naar het werk te gaan, is het kopen van een nieuwe auto geen absolute noodzaak, aangezien consumenten kunnen blijven rijden in een oudere auto, de bus of metro kunnen nemen als alternatief vervoermiddel.
Textiel
Textiel is een ander belangrijk onderdeel van consumentencycli. Er zijn aparte categorieën voor textiel dat wordt gebruikt voor het maken van kleding en stoffen voor het maken van meubels. Textiel omvat wol, katoen, polyester en andere stoffen.
Niet cyclisch
Volgens Bucknell University zijn cosmetica niet-cyclisch voor consumptie. Make-up, mascara, nagellak, shampoo en conditioner worden niet als cyclische producten beschouwd, omdat consumenten ze in moeilijke tijden nog steeds zullen kopen. De farmaceutische industrie is ook een niet-cyclische consument, vanwege het feit dat mensen medicijnen moeten kopen als ze ziek worden.
Krassen
Cyclische consumentenproducten zijn riskanter dan aandelen in andere sectoren. Consumenten zullen snel stoppen met het kopen van nieuwe meubels en nieuwe kleding als er een recessie begint. Een nutsbedrijf dat olie of gas verkoopt, zorgt ervoor dat zijn klanten in een slechte economie blijven.