Inhoud
Het Romeinse Rijk domineerde het grootste deel van de wereld en ging zonder angst in oorlog met vijanden van alle naties. Deze dominantie bleef van 290 voor Christus tot 235 na Christus bestaan en omvatte het grootste deel van Europa, Griekenland en delen van Afrika, volgens "Worldology". Zo'n succes hing af van de ongelooflijke omvang van het leger, de discipline die elke soldaat werd geleerd en de krachtige oorlogstactieken die het leger naar het slagveld bracht.
De schildpad
De schildpadtechniek is ontwikkeld als reactie op boogschieten en darttactieken. De schildpad wordt gemaakt wanneer elke Romeinse legioensoldaat het schild in een ingegroeide formatie boven zijn hoofd opheft, terwijl de legioensoldaat het schild voor zich houdt, zegt de website van het Romeinse rijk. De techniek was voornamelijk defensief en stelde het Romeinse leger in staat om op te rukken naar de vijandelijke linies zonder angst voor afstandsaanvallen. Boogschiettactieken stopten met werken toen het Romeinse legioen binnen het bereik van de vijandelijke rangen was, omdat boogschutters niet langer konden vuren uit angst hun eigen kameraden te raken.
Wig
Wigvorming was een agressieve tactiek die werd gebruikt om vijandelijke linies te scheiden en hen te dwingen een slechte positie in te nemen. Legionairs zouden een lange pijlformatie binnengaan, met een enkele soldaat vooruit in de centrale positie. Met behulp van hun schilden om vijandige soldaten te duwen, dwongen ze een scheiding van binnenuit de tegenstanders. Eenmaal gescheiden, was het mogelijk om een kleinere groep - en nu een aparte - naar een gecompromitteerde positie te dwingen waarin ze gedwongen zouden worden om de Romeinse legionairs in een man-tegen-man-gevecht te bevechten, een positie die de aanvallende troepen begunstigde, zegt de website van het Romeinse Rijk.
Schermutseling formatie
Schermutselingsformaties werden op grote schaal gebruikt voor verschillende doeleinden binnen Romeinse legers. Ze zijn ontstaan toen een lange rij Romeinse legioensoldaten soldaten naar voren dwong, ja, nee, een paar stappen vooruit. Het resultaat was twee aparte lijnen, redelijk los en met voldoende manoeuvreerruimte naarmate ze vorderden. Het was effectief bij het verplaatsen van soldaten over onstabiel terrein of het sturen van vijandige soldaten die na een lange strijd gewond waren geraakt door een slagveld.
De bol
De bol was het laatste alternatief, een recentelijk verdedigende formatie die werd gebruikt door Romeinse legionairs in moeilijkheden. Legionairs sloten zich bij deze formatie aan toen ze werden gescheiden van de belangrijkste Romeinse linies en werden omsingeld door een vijand, of wanneer ze het bevel kregen een positie te bewaken en te wachten tot de rest van het legioen arriveerde.Het was een cirkelvormige formatie die bestond uit rijen legionairs die naar buiten keken met hun schilden in een verdedigende positie. De vijand moest de bol laag voor laag bevechten, terwijl de interne legioensoldaten konden blijven vechten.