Inhoud
Het volume verwijst naar de driedimensionale ruimte binnen een object of container. Om het volume te bepalen, is het noodzakelijk om één tot drie dimensies te kennen, en de berekening omvat het vervangen van de dimensies in een formule. De juiste formule hangt af van de vorm van het object. Het volume, V, van een rechthoekige doos wordt bijvoorbeeld gegeven door V = aB.c, waarbij "a", "b" en "c" respectievelijk hoogte, lengte en breedte van de doos zijn. Om het volume in liters te bepalen, is een omrekeneenheid nodig van eenheden zoals kubieke meter of kubieke decimeters naar liter.
Stap 1
Zoek de juiste volumeformule voor de geometrische vorm in kwestie. Het volume van een cilinder wordt bijvoorbeeld gegeven door V = pir²a, waar "pi" = 3,14, "r²" staat voor het kwadraat van de straal en "a" voor de hoogte van de cilinder.
Stap 2
Meet de afmetingen van het object met een liniaal of meetlint. Zorg ervoor dat u zowel de interne als de externe afmetingen meet. De opening van de cilinder aan een uiteinde kan bijvoorbeeld 3 cm in de buitendiameter meten, maar slechts 2,5 cm aan de binnenkant. Op dezelfde manier kan de hoogte van de cilinder 16 cm aan de buitenkant en 15 cm aan de binnenkant bedragen.
Stap 3
Converteer breuken naar decimale getallen.
Stap 4
Vervang de afmetingen van de container in de juiste formule. Als we doorgaan met het vorige voorbeeld, is het volume voor een cilinder V = pir²De. De straal van de cirkel is de helft van de diameter, dus r = 3/2 = 1,5 cm. Het volume wordt dan V = 3,141,516 = 75,36 cm³.
Stap 5
Reken het berekende volume om naar liters door het aantal kubieke centimeter te delen door 1000. Een volume van 75,36 cm³ wordt bijvoorbeeld omgerekend naar 0,07536 liter of 75,36 ml.