Inhoud
Appels komen oorspronkelijk uit Centraal-Azië. Ze worden al duizenden jaren gekweekt en worden momenteel wereldwijd aangetroffen. Appelbomen kunnen wel 100 jaar oud worden en ongeveer 7,5 m hoog worden.
Zaden
Het midden van elke appel bevat vijf compartimenten, elk met een tot drie zwarte zaden, hard en klein.
Gevallen appels
Wanneer het fruit rijpt, valt het van de boom en valt het uiteen, waardoor de zaden worden blootgesteld en ze wortel kunnen schieten in de grond.
Transportsystemen voor zaden
Dieren en vogels eten de afgevallen vruchten, die door hun spijsverteringsstelsel gaan. Ze fungeren als een transportsysteem voor zaden en zetten ze neer om op nieuwe plaatsen te groeien.
Nieuwe boom
Wanneer de wortels zich in de grond nestelen, ontspruit een stengel uit het zaad, groeit omhoog naar het licht en wordt een zaailing.
Appelboom bloemen
De zaailing groeit, wordt groter en ontwikkelt takken die zich uiteindelijk tot 7 m verspreiden. In het voorjaar produceren de bomen witte of roze bloemen.
Einde cyclus
Bijen en vogels bestuiven bloemen, die hun bloembladen verliezen. In de zomer groeit de vrucht rond de zaden in de eierstokken van de plant. In de herfst rijpt en valt de appel, waardoor de cyclus opnieuw wordt gestart.