Inhoud
Grasmaaiers, kettingzagen, trimmers en ander door benzine aangedreven tuingereedschap gebruiken vergelijkbare kleine motoren. Het zijn allemaal redelijk simpele machines en kunnen zonder grote problemen urenlang draaien. Zoals alle mechanische apparaten hebben ze echter routineonderhoud en verzorging nodig, naast operationele problemen. Een van de meest voorkomende voorvallen met zagen en frezen zijn problemen met inschakelen of draaien in een gestaag tempo. Volg enkele standaard routinematige oplossingen om uw problemen op te lossen met motoren van grasmaaiers die beginnen te draaien en dan doodgaan.
Stap 1
Controleer of de tank is gevuld met verse brandstof of met olie die geschikt is om met benzine te worden gemengd. Maak de tank leeg en vul hem bij twijfel met verse brandstof. Als u de tank heeft geleegd, maak dan van de gelegenheid gebruik en controleer het brandstoffilter. Lees de gebruikershandleiding om het filter te lokaliseren, aangezien de locatie verandert afhankelijk van het model. Reinig of vervang hem als hij vuil is.
Stap 2
Controleer het luchtfilter, dat zich meestal aan één kant van de motor bevindt door een deksel dat is bevestigd met een enkele lange schroef. Vervang het papieren filter door een nieuwe. Voordat u het schuimrubberen filter vervangt, moet u het met warm water en zeep wassen tot het schoon is. Laat het volledig drogen en laat het dan weken met ongeveer 3 theelepels nieuwe olie. Vervang het schuimrubberen filter als het niet schoon is. Een vervuild luchtfilter kan problemen veroorzaken en ervoor zorgen dat de motor niet continu draait.
Stap 3
Inspecteer de carburateur. Doe dit terwijl het luchtfilter is uitgeschakeld, aangezien de carburateur zich net onder het filter bevindt, zoals bij de meeste grasmaaimachines. Controleer op elk type vuil dat al binnenin wordt verwacht, zoals grasresten. Spuit het in met een auto-decarburateur om de carburateur te reinigen en stofdeeltjes en ander vuil te verwijderen.
Stap 4
Lokaliseer de brandstofslangen (raadpleeg uw gebruikershandleiding als ze niet gemakkelijk zichtbaar zijn) en zoek naar tekenen van lekken of knikken die de brandstofstroom kunnen belemmeren. Vervang alle slangen die duidelijke tekenen van ontbinding of schade vertonen. Controleer of de geluiddemper is beschadigd of verstopt met bladeren of vuil; een grasmaaier moet voldoende uitlaat hebben, anders gaat hij dood.