Verschillen tussen de celwand van bacteriën en planten

Schrijver: Sharon Miller
Datum Van Creatie: 25 Januari 2021
Updatedatum: 1 Juli- 2024
Anonim
Verschillen tussen de celwand van bacteriën en planten - Wetenschap
Verschillen tussen de celwand van bacteriën en planten - Wetenschap

Inhoud

Er zijn verschillende soorten cellen, waaronder cellen van dieren, planten, schimmels en bacteriën. Ze verschillen in structuur afhankelijk van het celtype en de functie. Celwanden kunnen flexibel zijn, zoals plantaardig, of stijf, zoals bacterieel. De belangrijkste functie van de celwand is het voorkomen van overmatige celexpansie veroorzaakt door binnendringend water. Dierlijke cellen hebben geen celwand; plantaardige en bacteriële wel, maar verschillen in constitutie en functie.

Structuur van de plantencelwand

Een van de belangrijkste verschillen tussen bacteriële en plantencelwanden is de structuur. In plantencellen bestaat de wand uit cellulose, hemicellulose, pectine en lignine. Plantencellen hebben ook primaire en secundaire celwanden. De primaire wand wordt gevonden in groeiende of delende cellen. De voorwand is belangrijk om het transport van water en voedingsstoffen te vergemakkelijken en om groei mogelijk te maken, zoals de groei van de stengel van een plant.


Plant celwand functie

De celwand in plantencellen is verantwoordelijk voor verschillende functies. Het bepaalt en handhaaft de vorm van de cel, geeft structurele ondersteuning, controleert de groeirichting en -snelheid, slaat koolhydraten op, beschermt de cel tegen invloeden van buitenaf, reguleert de stroom van stoffen in en uit en bevordert de communicatie tussen cellen.

Structuur van de bacteriële celwand

De bacteriële celwand bestaat uit proteoglycanen; het heeft geen cellulose, zoals groenten. Het is stijver. De celwand is cruciaal voor de overleving van het organisme, aangezien deze een essentiële rol speelt in de interactie tussen de bacteriën en de omgeving.

Functies van de bacteriële celwand

De bacteriële celwand vervult verschillende functies, zoals het behouden van de vorm van de cel; dient als ondersteuning voor flagella en biedt bescherming. De bacteriën hebben drie verschillende vormen: spiraalvormig (spririllum), bolvormig (coccus) en staaf (bacil). Sommige bacteriën, zoals mycoplasma, hebben geen specifieke celwand of vorm. Bacteriën hebben twee verschillende soorten celwanden: grampositief en gramnegatief. Positieve gram kan worden doorgedrongen. Gram-negatieve bacteriën hebben een buitenmembraan ter bescherming, waardoor ze mogelijke schade aan het lichaam door omgevingsfactoren beter kunnen voorkomen.