Inhoud
Het berekenen van milligrammen (mg) per milliliter (ml) is een veel voorkomende taak bij het werken met alle soorten chemicaliën. Deze berekening is vooral belangrijk bij het bepalen van geneesmiddeldoseringen, aangezien het actieve ingrediënt in de meeste geneesmiddelen in vloeibare vorm wordt aangetroffen en wordt gemeten in mg per ml of een equivalent percentage. Een eenheid van 1 mg is gelijk aan 0,001 g. Een eenheid van 1 ml is gelijk aan 0,001 l en komt overeen met 1 cm³.
Stap 1
Zoek de dichtheid van het materiaal aan de hand van een dichtheidstabel (zie het gedeelte Referenties) als u wilt bepalen hoeveel milligram er in 1 ml van het materiaal zit. De dichtheid wordt over het algemeen uitgedrukt als het gewichtspercentage in een gelijke hoeveelheid van het volume water. De dichtheid van benzine gerelateerd aan water is dus 0,70.
Stap 2
Vermenigvuldig de dichtheid van het materiaal met 1000 om het aantal milligram per milliliter te vinden. In het geval van benzine, vermenigvuldig 0,70 met 1000. Er zit dus 700 mg benzine in 1 ml benzine.
Stap 3
Reken het percentage van het medicijn om in milligram per milliliter. De meeste remedies zijn afhankelijk van het actieve ingrediënt dat in het water is opgelost. De hoeveelheid van het medicijn wordt meestal vermeld als een percentage van het watergewicht. Een medicijn kan een oplossing van 2,5% hebben, wat betekent dat 2,5% van het vloeistofgewicht het actieve ingrediënt is.
Stap 4
Vermenigvuldig het gewichtspercentage en 1000 om de hoeveelheid milligram per milliliter te vinden. Dus in de 2,5% -oplossing moet 0,025 met 1000 worden vermenigvuldigd, wat gelijk is aan 25 ml. Er zit dus 25 mg van het geneesmiddel in 1 ml van de oplossing.