Inhoud
Het leven van een hond is, net als dat van een mens, onderverdeeld in verschillende fasen. Dergelijke stadia worden gekenmerkt door verschillende processen en door welbepaalde psychologische en gedragsveranderingen. Kleine honden worden doorgaans sneller volwassen en leven langer, terwijl grotere honden de neiging hebben langzamer te rijpen en minder te leven. Als u de verschillende levensfasen kent, bent u beter voorbereid op wat u kunt verwachten en kunt u potentiële problemen gemakkelijker oplossen.
Jeugd
Afhankelijk van het hondenras, vindt de kindertijd plaats vanaf de geboorte tot wanneer de pup tussen de zes en 18 maanden oud is. Dit is het kortste deel van het leven van een hond en kan een uitdaging zijn. De puppy kan meestal bij de moeder en de rest van het nest blijven totdat hij volledig is gespeend, wat gebeurt wanneer hij ongeveer acht weken oud is. Gedurende deze periode worden de meeste puppy's ter adoptie aangeboden en beginnen ze effectief te worden opgeleid. De kindertijd wordt voornamelijk gekenmerkt door speels gedrag, verkenning en enkele stadia van angst wanneer de pup door perioden van aarzeling gaat. Socialisatie speelt een cruciale rol in de kindertijd en mag niet worden genegeerd.
Adolescentie
Wanneer hondenbezitters beginnen te ontspannen omdat hun puppy al getraind is en niet langer alles kauwt wat hij voor zich ziet, komt de moeilijkste periode van het leven van een hond: de puberteit. Deze fase begint tussen zes en achttien maanden en eindigt tussen één en drie jaar. Tienerhonden dagen hun baasjes uit, testen hun grenzen en doen alsof ze nog nooit een commando hebben gehoord. Fysiek bereiken ze seksuele volwassenheid en als ze niet zijn gesteriliseerd of gecastreerd, zullen ze geïnteresseerd zijn in het andere geslacht.
Volwassenheid
De volwassenheid begint tussen één en drie jaar en eindigt meestal tussen zes en tien jaar, afhankelijk van het ras. Dit is waar de persoonlijkheid van de hond zich uiteindelijk stabiliseert na de onvoorspelbare en turbulente adolescentie. Vaak noemen de eigenaren deze fase 'het licht aan het einde van de tunnel'. Gedurende deze periode testen honden niet langer hun grenzen en zijn ze meer ontspannen na het opzetten van een routine. Ze vertonen niet langer de sporen van hyperactiviteit in de puppy- en adolescentiefase, maar ze hebben nog steeds dagelijkse beweging nodig.
Derde leeftijd
Afhankelijk van het hondenras kunnen senioren beginnen tussen de zeven en tien jaar oud. Honden hebben in dit stadium de neiging om wat langzamer te gaan. Grotere rassen vertonen vaak de eerste tekenen van gewrichtspijn en zijn mogelijk minder tolerant ten opzichte van lichaamsbeweging. Een hond is in dit stadium meestal stil en zachtaardig, maar als hij pijn heeft, kan hij een slecht humeur hebben. Afhankelijk van het ras worden honden meestal 10 tot 15 jaar oud.
Mythen
Hoewel de stadia van het leven van een hond vergelijkbaar zijn met de stadia van het leven van een mens, bestaat er nog steeds een mythe dat elk jaar van het leven van een hond gelijk is aan zeven mensenjaren. Volgens het Dog Breed Info Centre is een eenjarige hond gelijk aan een 15-jarige tiener. Dierenartsen hebben een veel nauwkeurigere tabel gemaakt met de vergelijking tussen hondenjaren en mensenjaren.