Inhoud
De zwarte zwaan is inheems in Australië. Het is een grote watervogel met een scheve nek en een diep oranje snavel. Het verenkleed is grotendeels zwart, zoals de naam al doet vermoeden, hoewel de uiteinden van de vleugels enkele witte vlekken kunnen hebben. De zwarte zwaan is een herbivoor, wat betekent dat het dieet grotendeels wordt beperkt tot vegetatie zoals gras en zeewier.
Zwarte zwanen, afkomstig uit Australië, eten alleen planten (Stockbyte / Stockbyte / Getty Images)
Favoriete eten
Zwarte zwanen leven voornamelijk op bladeren, riet en andere planten in het ondiepe water waarin ze het liefst zwemmen. Ze eten een verscheidenheid aan waterplanten, maar zeewier en linzen behoren tot hun favorieten. Ze eten af en toe wat insecten en kleine ongewervelde dieren in het water. Deze wezens worden echter meestal alleen incidenteel ingenomen.
Voedingsmethoden
Zwarte zwanen brengen het grootste deel van hun tijd door in het water, maar duiken niet om voedsel te vinden. Ze "roeren" in ondiep water en dopen hun snavels net genoeg om zich te voeden met algen en andere planten in de buurt van het oppervlak. In diepere wateren krullen de zwanen naar voren en dopen hun lange halzen, met hun benen en staart naar boven uitgerekt. Deze techniek, die waarnemers erectief noemen, waardoor ze onkruid kunnen pakken en trekken.
Zoek voedsel
Meestal is het vinden van voedsel geen probleem voor de zwarte zwaan. Zeegrassen en andere planten zijn meestal overvloedig aanwezig in de moerassen en ondiepe meren waar zwanen het meest voorkomen. Soms verlaten vogels hun waterwoningen om zich op het land te voeden en eten ze soms zaden. Ze zijn ongemakkelijk als ze lopen, dus eten op het land is een beetje moeilijk.
Voeden met je handen
Op plaatsen waar eenden, ganzen en zwanen vaak zwemmen, hebben mensen de neiging om ze te voeren. Zwarte zwanen, zoals andere watervogels, houden over het algemeen van brood en andere offers, maar voeren met de hand wordt afgeraden. Milieuactivisten en natuurliefhebbers vrezen dat het voeren met de hand ervoor zorgt dat ze hun instinctieve voedingsvaardigheden verliezen, waardoor ze afhankelijk zijn van mensen om te overleven.