Inhoud
We gebruiken wasmiddelen als reinigingsmiddelen. Ze vallen in twee categorieën: zeep of synthetische wasmiddelen. Beiden hebben vergelijkbare chemische eigenschappen waardoor ze vet en vuil kunnen verwijderen en oplossen in water.
Chemische structuur
Een wasmiddelmolecuul heeft twee uiteinden. Het hydrofobe uiteinde hecht zich aan de olie, maar niet aan het water. Het hydrofiele uiteinde hecht zich aan water, maar niet aan olie.
Synthetisch wasmiddel molecuul
Polyglucosiden of detergentia die in hard water werken, bestaan uit glucosemoleculen gecombineerd met hydrofobe zijketens.
Zeep molecuul
Een zeepmolecuul bestaat uit een vetzuur met lange ketens, dat wordt onderworpen aan een reactie met een alkalische stof, een proces dat het zuur een hydrofiel uiteinde en een hydrofoob uiteinde geeft. De zeep maakt niet goed schoon in hard water, dat chemicaliën bevat die met de zeep reageren en schuim vormen.
Wasmiddelbouwers
Builders geven synthetische wasmiddelen de mogelijkheid om op te lossen in hard water, dat geladen moleculen of ionen bevat die reageren met zeep, waardoor hun reinigingscapaciteit afneemt. Builders zoals polyfosfaten binden sterk met waterionen. Builders zoals natriumcarbonaat vormen een neerslag met ionen.
Extra ingrediënten
Zepen bevatten meestal geurstoffen, kleurstoffen en zelfs kruideningrediënten. Synthetische wasmiddelen bevatten andere ingrediënten, zoals bleekmiddel, wasverzachters en antirepositioneringsmiddelen om te voorkomen dat vuil opnieuw wordt afgezet.