Inhoud
Bij het plaatsen van meerdere punten uit wetenschappelijke gegevens in een grafiek, kan met behulp van software een curve met de beste pasvorm worden ingevoegd. Omdat deze curve niet exact overeenkomt met de punten, kan men de vierkantswortel van de gemiddelde kwadratische fout (RMSE) berekenen om te beoordelen in hoeverre de gegevens ervan afwijken. Voor elk gegevenspunt berekent de RMSE-formule het verschil tussen de werkelijke waarde van het punt en de waarde ervan op de best passende curve.
Stap 1
Zoek in de best passende curve de overeenkomstige waarde op de y-as voor elke waarde van x, volgens de oorspronkelijke gegevens.
Stap 2
Trek voor elk punt de werkelijke y-waarde af van de y-waarde van de best passende curve. Het verschil tussen deze waarden wordt het residu genoemd. Maak elk residu vierkant en tel ze allemaal op.
Stap 3
Deel de som van de residuen door het totale aantal datapunten dat je hebt en neem de vierkantswortel van het quotiënt. Dit geeft je de vierkantswortel van de gemiddelde kwadratische fouten.