Inhoud
In ontwikkelingslanden met beperkte toegang tot fossiele brandstoffen, zoals olie en gas, roosteren mensen hout en andere vezelmaterialen, zoals kokosnootschalen, om ze tot steenkool te reduceren. Bij het bakken van deze materialen worden componenten verwijderd die verbranding vertragen, zoals water en teer, en worden zeer brandbare waterstof- en methaangassen verbrand. Het resultaat is een koolstofrijke steenkool die gelijkmatig verbrandt en een grotere hoeveelheid warmte produceert dan de oorspronkelijke grondstof. Het proces waarbij kokosnootschalen worden omgezet in houtskool, gebruikt een speciale oven of trommel om al het vocht uit de schalen te verwijderen, zonder ze volledig in as te veranderen.
Stap 1
Maak de kokosnootschalen schoon en verwijder eventuele vezels van buitenaf. De buitenste vezels van de kokosnoot zijn licht ontvlambaar en zullen in plaats van koken vlam vatten.
Stap 2
Laat de kokosnootschalen zes maanden genezen. Bewaar ze op een warme, droge plaats. Hierdoor wordt het meeste vocht uit de schalen verwijderd, waardoor ze kunnen verkolen in plaats van in de oven te verbranden.
Stap 3
Plaats de kokosnootschalen in een houtskooltrommel of oven, speciaal ontwikkeld voor houtskoolproductie. Deze ovens voorkomen dat kokosnootschalen direct in contact komen met de vlammen en zorgen voor controle over de luchtstroom. De warmte in de oven creëert een omgeving om te drogen.
Stap 4
Verlaag of verhoog de luchtinlaat in de oven om een temperatuur van 260 tot 482 ° C te behouden. De schelpen zullen kleine vlammen produceren. Zolang de gemiddelde oventemperatuur echter onder de 482 ° C blijft, zal het proces meer steenkool dan as produceren.
Stap 5
Kook de schelpen drie tot vijf uur, totdat je ze kunt doorboren zonder te breken.
Stap 6
Haal de kokoskolen uit de oven en laat ze afkoelen.
Stap 7
Breek de verkoolde kokosnootschalen in kleinere stukjes, als je dat wilt.