Hoe zinnen met zelfstandige naamwoorden in het enkelvoud te schrijven

Schrijver: Virginia Floyd
Datum Van Creatie: 8 Augustus 2021
Updatedatum: 16 November 2024
Anonim
Classroom English series .#English senteces #singular -plural sentences #Making sentences
Video: Classroom English series .#English senteces #singular -plural sentences #Making sentences

Inhoud

Enkelvoudige zelfstandige naamwoorden beschrijven een persoon, plaats of ding. Het schrijven van zinnen met zelfstandige naamwoorden in het enkelvoud vereist het gebruik van een werkwoord en interpunctie. In het Portugees gaat het zelfstandig naamwoord altijd aan het werkwoord vooraf. Bijvoeglijke naamwoorden, woorden die zelfstandige naamwoorden beschrijven, kunnen ook worden gebruikt in zinnen met enkelvoudige zelfstandige naamwoorden. Leren hoe je zinnen in het enkelvoud kunt schrijven, geeft je een goede basis om zinnen te schrijven met meerdere zelfstandige naamwoorden.


routebeschrijving

Sommige zelfstandige naamwoorden kunnen stress veroorzaken wanneer ze worden geschreven (Hemera Technologies / AbleStock.com / Getty Images)
  1. Kies een persoon, plaats of ding, bijvoorbeeld "Carlos Almeida".

  2. Bepaal wat je Carlos Almeida in zijn zin wilt laten doen. Dit wordt vertegenwoordigd door een werkwoord, bijvoorbeeld "loopt".

  3. Kies een woord om de actie in uw zin te beschrijven. Dit wordt een bijwoord genoemd. Een voorbeeld zou "te veel" zijn.

  4. Schrijf het zelfstandig naamwoord gevolgd door het werkwoord en het bijwoord. Een voorbeeld zou zijn "Carlos Almeida loopt veel".

  5. Voeg een bijvoeglijk naamwoord toe. Ze beschrijven de zelfstandige naamwoorden. Een voorbeeld van een adjectief zou 'dapper' zijn. Een voorbeeldzin zou zijn: "De dappere Carlos Almeida loopt veel".


  6. Overweeg een voorzetsel te gebruiken. Ze koppelen zelfstandige naamwoorden, voornaamwoorden en zinsneden. Een voorbeeld zou het "waarom" zijn. Een voorbeeld zou zijn: "Zonder angst draait Carlos Almeida veel omdat hij de beren graag achtervolgt".

  7. Voeg een conjunctie toe. Ze koppelen woorden, zinsdelen en zinnen. Een voorbeeld van een conjunctie kan "en" zijn. Eén zin zou zijn: "Zonder angst, Carlos Almeida loopt veel omdat hij graag witte beren en tijgers achtervolgt."

  8. Werk de zin af met een leesteken. Eén punt eindigt de zin zonder emotie. Een vraagteken maakt van de zin een vraag. Een uitroepteken zal een emotie overbrengen.