![LIVE: Wat is het gevaar van fipronil in eieren?](https://i.ytimg.com/vi/8faIxPWnp3w/hqdefault.jpg)
Inhoud
- Lichte reacties
- Bijwerkingen
- Typen chemicaliën
- Wanneer moet je een dierenarts zien?
- Alternatieve methoden voor vlooienbestrijding
Vlooienvergiften worden als een noodzakelijk kwaad beschouwd. Deze lijken op de honden te springen en voordat je het weet, is je hele huis geteisterd. Helaas hebben sommige honden bijwerkingen, die kunnen variëren van mild tot fataal. Er is een breed scala aan oplossingen voor dit doel en sommige worden als veiliger beschouwd dan andere. Ongeacht het veiligheidsniveau blijven ze giftig, dus moeten ze voorzichtig worden gebruikt. Er zijn natuurlijke alternatieven voor het behandelen van dieren die geen vlooiengif kunnen verdragen.
Lichte reacties
Milde reacties op vlooiengiften zijn onder meer hijgen, kwijlen en overmatige dorst. Deze symptomen staan duidelijk vermeld op de meeste labels van deze medicijnen en zijn van geen belang, tenzij ze het dier gedurende een lange periode beïnvloeden - vier uur of langer. Geef uw hond fris en schoon water en moedig hem aan om te drinken.
Bijwerkingen
Bijwerkingen van vlooiengiffen kunnen veel ernstiger zijn. Ze kunnen aanvallen, braken, shock-symptomen, zoals duizeligheid en desoriëntatie en de dood omvatten. Volgens de Environmental Protection Agency, die deze producten in de VS reguleert, hebben honden meer nadelige reacties op vrij verkrijgbare vlooiengiften dan op dieren die door dierenartsen beschikbaar worden gesteld en goedgekeurd.
Typen chemicaliën
De Amerikaanse Raad voor Resource Defense (NDRC) heeft een lijst opgesteld met de veilige, matig veilige en in het algemeen schadelijke chemicaliën die worden aangetroffen in vlooienbestrijdingsproducten. Amitraz, Propoxur, Fenoxycarb, Permethrin en Tetrachlorvinphos (TCVP) werden geacht bijwerkingen te veroorzaken en moeten indien mogelijk worden vermeden. Vlooienbeheersingsproducten die fipronil, imidacloprid, metaflumizon, pyrethrines en selamectine bevatten, zijn veilig maar moeten weggehouden worden van kinderen, vrouwen en drachtige dieren. Lufenuron, Nitenpyram, Piriproxyfen, S-methroprene en Spinosad worden door de NDRC als de veiligste opties beschouwd.
Wanneer moet je een dierenarts zien?
Raadpleeg een dierenarts voordat u met een vlooienregime begint, vooral als uw hond ziek, oud, in de val of borstvoeding is of op de een of andere manier lichamelijk is aangetast. Als uw hond symptomen van een bijwerking vertoont, neem dan onmiddellijk contact op met uw dierenarts of een dierenarts voor spoedgevallen en vraag om hulp. Ernstige reacties kunnen de dood binnen enkele uren veroorzaken en mogen niet worden genegeerd.
Alternatieve methoden voor vlooienbestrijding
Baad uw hond en gebruik een fijne kam om alle levende vlooien uit uw vacht te verwijderen. Het onderhouden van de omgeving van het dier, met name de buitengebieden en waar het slaapt, moet zorgvuldig zijn om verdere besmetting te voorkomen. Veel mensen beweren goede resultaten te behalen met diatomeeënaarde, waardoor de vlooien waarmee het in contact komt, worden verscheurd en uitgedroogd. Sommige dieren kunnen ook gevoelig zijn voor deze stof. Gebruik alleen eetbare diatomeeënaarde en zorg ervoor dat het dier niet nat wordt. Het materiaal verliest zijn effectiviteit als het vochtig is en moet opnieuw worden aangebracht.