Inhoud
Zowel viscositeit als dichtheid hebben te maken met een aspect van de dikte van een stof. Het zijn echter heel verschillende principes die afhankelijk zijn van afzonderlijke criteria.
Misvattingen
Hoewel het logisch lijkt dat een ding met een hoge dichtheid ook stroperiger zal zijn, zijn viscositeit en dichtheid niet significant gerelateerd. Even dichte stoffen kunnen een enorme variatie in viscositeit hebben.
Dichtheid
Dichtheid is de hoeveelheid massa die in één volume-eenheid kan zitten. Bijvoorbeeld, ondanks dat het even zwaar is, neemt één gram water veel meer volume in dan één gram kwik, omdat kwik veel dichter is.
Viscositeit
Viscositeit verwijst naar de weerstand van de vloeistof om te stromen (of, simpel gezegd, het gemak waarmee het kan worden gegoten). De viscositeit van een stof hangt af van de hoeveelheid wrijving tussen de lagen. Meer wrijving betekent meer weerstand en een langzamere stroming betekent meer viscositeit.
Temperatuur
De viscositeit van een stof kan dramatisch veranderen, afhankelijk van de temperatuur, terwijl de dichtheid hetzelfde blijft. Over het algemeen geldt: hoe heter een vloeistof, hoe minder stroperig deze wordt.
Fysieke toestand
Viscositeit is in de eerste plaats een term voor het definiëren van vloeistoffen, of vaste stoffen in vloeibare toestand. De dichtheid kan verwijzen naar een vloeistof, vaste stof of gas. De dichtheid van een stof blijft meestal hetzelfde, ongeacht de toestand.